Het bonte gezelschap bedrijven dat wordt geschaard onder de noemer fastservice zal in de komende jaren te maken krijgen met grote uitdagingen. Steeds voelbaarder wordt de druk om de groei van fastservice-concepten te beperken, in het streven naar een openbare ruimte waar ‘verantwoorde en gezonde voeding’ dominanter moeten worden. Wat zijn de verdere trends en ontwikkelingen in de wereld van fastservice?
Cijfers fastservice
Omzet 2019: 3.070 miljoen euro
Omzet 2020: 2.425 miljoen euro
Omzet 2021: 2.765 miljoen euro
Omzet 2022: 3.346 miljoen euro
Cijfers: FSIN, de cijfers van 2021 en 2022 zijn op basis van voorspellingen.
Dominante spelers
Marktleider McDonald’s (het grootste restaurantconcern van Nederland) domineert omzetmatig het fastservice-segment. In zijn eentje neemt McDonald’s ongeveer een derde van de fastservice-omzet voor zijn rekening. Samen met de dertien andere Amerikaanse quickservice-merken in ons land ligt het marktaandeel op ruim de helft. Over het marktaandeel van de getalsmatig dominante groep van Nederlandse frituurzaken bestaat minder duidelijkheid. Sommige bronnen taxeren de omzetwaarde van de circa 5.700 cafetaria’s op ongeveer 700 miljoen euro, terwijl op basis van cijfers van vakvereniging ProFri/CBS de omzet op circa 1,1 miljard euro getaxeerd wordt. In beide gevallen valt de kleinschaligheid op met gemiddelde omzetten van 120 duizend tot 200 duizend euro per cafetaria.
Koffieformules groeien door
Sinds de opening van de eerste vestigingen van Bagels & Beans en Coffeecompany (beide gestart in 1996) is in Nederland sprake van een gestage groei van het aantal koffieformules. Nederland telt nu 15 multi-unit concepten waar koffie het kernproduct vormt. Samen hebben ze 421 vestigingen. McCafé, Bagels & Beans en Starbucks zijn de drie merken met de meeste vestigingen. Opmerkelijke transactie bij de koffieformules is de overname van Coffeecompany door cateraar Albron.
Misplaatste symboolpolitiek
Zowel wethouders als hoogleraren en adviesorganen van de overheid pleiten voor wettelijke mogelijkheden in gemeenten om de vestiging van nieuwe quickservice-restaurants en cafetaria’s voor bepaalde locaties, onder andere bij scholen en in stadscentra, te blokkeren. Convenanten als de City Deal en het Nationaal Preventieakkoord zouden uiteindelijk moeten leiden tot een bij wet afdwingbaar beleid. De bedrijfstakken zelf brengen hier onder meer tegenin dat sprake is van misplaatste symboolpolitiek omdat hun aandeel in de totale Nederlandse consumptie uiterst gering zou zijn. Omzetmatig hebben quickservice-restaurants een aandeel van 2,4% van alle Nederlandse bestedingen aan eten en drinken, het aandeel van cafetaria’s ligt op 1,9%. Omdat kilocalorieën in de horeca beduidend duurder zijn dan in supermarkten, kan het calorische aandeel van de twee deelsegmenten getaxeerd worden op ten hoogste circa 1,5%.
Is de term fastservice achterhaald?
De term ‘fastservice’ is typisch Nederlands. Hij kwam in 2006 in zwang door toedoen van brancheorganisatie Koninklijke Horeca Nederland, die een andere naam zocht voor de bedrijfssectie Fastfood- & IJsbedrijven. Omdat de laatste drie letters van fastservice als ‘ice’ gelezen konden worden voor de aangesloten ijssalons is (mede) voor deze naam gekozen.
Gesteld kan worden dat alle bedrijfstypen gemeen hebben, dat van oudsher in meer of mindere mate sprake is van snelle uitgifte via systeemgastronomie. De sector heeft echter altijd geworsteld met de branche-indeling van quickservice-restaurants, cafetaria’s, lunchrooms, shoarma- en dönerzaken en ijssalons. Vraag is bovendien of de laatste vier bedrijfstypen gezien hun serveersnelheid wel tot fastservice gerekend kunnen worden.
Meer fastservicetrends en ontwikkelingen in andere foodsectoren vind je in het Trendreport 2022. Klik hier om de preview aan te vragen.