Het horecalandschap van Maastricht is – vergeleken met de horeca in andere Nederlandse steden – vrij klassiek. Horecaformules vind je er amper. Maar daar lijkt verandering in te komen. Randstedelijke ketens richten hun pijlen steeds vaker op ‘het Parijs van Nederland’. Is dit het einde van het homogene Franse horecakarakter van de Limburgse hoofdstad?
Maastricht doet altijd een beetje denken aan het Gallische dorpje van Asterix en Obelix. Net als het dorpje van de stripfiguren ligt de hoofdstad van Limburg – voor Nederlandse begrippen – ver weg van de bewoonde wereld. Op het grote centrale plein van het Gallische dorp komen de dorpsbewoners samen als er iets te vieren valt – net als op Het Vrijthof, een van de grootste stadspleinen van Nederland. Het klaslokaal van Panoramix is te vergelijken met Hotelschool Maastricht, waar jonge mensen worden opgeleid in de magische wereld van hospitality. Maar misschien wel de belangrijkste vergelijking tussen het dorp van Asterix en Obelix en Maastricht: het Gallische dorpje wil de buitenwereld zo veel mogelijk buiten de deur houden. Ook Maastrichtenaren trekken zich weinig aan van wat er in de rest van Nederland gebeurt. Zo lijkt het…
Stad zonder horecaformules
In het Trendreport van 2022 beschrijven wij schaalvergroting als een van de belangrijkste trends van het moment. Ketens worden groter en breiden uit. Individuele horecaconcepten verdwijnen langzaam uit het nationale straatbeeld. Daardoor wordt het straatbeeld van de horeca meer en meer gedomineerd door georganiseerde horecagroepen. Maar niet in Maastricht. De hoofdstad van Limburg is qua inwonertal (circa 125.000) de 21e stad van Nederland en daarmee zeker interessant voor horecaformules. Toch vind je ze er amper. YB heeft 13 locaties in Nederland, maar geen in Maastricht. Anne&Max heeft er 26, geen in Maastricht. Loetje (27 locaties) zit er niet. Happy Italy (20 locaties) niet. Bregje (27 locaties) niet. ‘t Zusje (32 locaties) niet. Ook De Beren, met 68 (bezorg)restaurants door het hele land, zit niet in Maastricht.
Hebben de ketens dan geen interesse in onze zuidelijkste stad? Dat zeker wel, maar ze komen er amper tussen. Wobbe van Zoelen, oprichter en eigenaar van Anne&Max: “Maastricht kent – veel meer dan andere steden – een ons-kent-ons-cultuur. Horecapanden worden vaak onderling aan lokale partijen vergeven. Het lijkt alsof gemeente en vastgoedbeheerders niet zitten te wachten op buitenstaanders uit de Randstad.” Erik Theeuwes kan beamen dat het voor grote ketens lastig is om voet aan de grond te krijgen in het Maastrichtse. Hij is directeur F&B bij Restaurant Company Europe, de horecagroep achter formules als Loetje, Happy Italy en STAN. Theeuwes: “Wij merken dat de gemeente best welwillend staat tegenover grote, nationale spelers. Ze zijn alleen niet zo happig op het verlenen van nieuwe horecavergunningen, wat betekent dat het qua aantallen bij het huidige horeca-aanbod blijft. En zolang beschikbare horecapanden nog vaak door Maastrichtenaren onderling uitgewisseld worden, is het lastig om er tussen te komen.”
Homogeen foodaanbod
Een andere ontwikkeling die we vanuit Food Inspiration signaleren in vrijwel iedere (middel)grote stad, is de steeds groter wordende diversiteit van wereldkeukens. Ook op dat gebied verschilt Maastricht van de rest van Nederland. In de bourgondische stad is het horecalandschap zeer homogeen. Zo’n 95% van de Maastrichtse horeca is Frans georiënteerd. Oesters, coquilles, biefstuk, ganzenlever: ze sieren de menukaarten. Café Sjiek, Le Fernand, ‘t Wycker Cabinet, Le Virage, misschien wel de vier meest geliefde restaurants van de stad, stuk voor stuk bistro’s met een Franse kaart.
Maar hoe lang is het homogene horecakarakter van Maastricht nog houdbaar? De Belgische spaghettiketen Bavet opende onlangs zijn eerste Nederlandse locatie in ‘het Parijs van Nederland’. En ook Restaurant Company Europe opent er in maart all-day horecaconcept STAN. RCE hoopt in de komende jaren meer formules te openen in de stad. Anne&Max is van plan er in 2023 een locatie te openen. Is het een voorbode voor meer verketenisering van de hoofdstad van Limburg? Is de stad rijp voor meer diversiteit in het horecalandschap? Of zullen Maastrichtenaren – net als de inwoners van het Gallische dorpje van Asterix en Obelix – met hand en tand het traditionele (food)karakter van de stad blijven beschermen, en de buitenwereld buiten de deur houden?