Nee, je mag als horecabedrijf niet discrimineren op huidskleur, sekse, afkomst, leeftijd, handicap et cetera. Niet ten opzichte van je personeel en niet ten opzichte van je gasten. Breekt er een tijd aan dat je ook kunt worden beticht van discriminatie als je geen vleesloze alternatieven biedt?

Foto door: A. Katz

Het is nog niet eens zo heel lang geleden. Gasten die vleesloos wilden eten in een restaurant, kregen een soort van tweede garnituur voorgeschoteld. Nu plantaardige consumptie voor een steeds grotere groep consumenten de norm is en wordt, kun je je afvragen of het ontbreken van dierloze gerechten als discriminatie zou kunnen worden opgevat. Je zou immers kunnen zeggen dat er sprake is van onderscheid op levensstijl.

Vegadiscriminatie

”Zou kunnen worden…. Je zou kunnen zeggen….” Je hoort wel; ik twijfel een beetje of ik het bij het rechte eind kan hebben. Toch is mijn probleemstelling niet uit de lucht gegrepen. Een Britse dame heeft het plaatselijke KFC-restaurant op sociale media beschuldigd van ‘discriminatie’. Ja, wel serieus maar toch tussen aanhalingstekens. Medewerkers van KFC gaven haar, zegt ze, op een onbeschofte wijze te kennen dat het restaurant geen vegetarische producten verkoopt. Discriminatie tussen aanhalingstekens dus, maar met haar klacht trok de klant volop de aandacht van de media.

Halal dan?

Je kunt zeggen: discriminatie, flauwekul. Immers: moslims en joden mogen ook niet van elk restaurant verwachten dat het halal en kosjere opties biedt. Iedereen begrijpt dat dit voor een restaurant dat overwegend dierlijke producten verkoopt nauwelijks te doen is in de vaak kleine keukens.

Toch mogen we niet helemaal uitsluiten dat het ontbreken van plantaardige gerechten de horeca ooit zwaar, en misschien wel via juridisch verhaal, zal worden aangerekend. Her en der op de wereld worden immers pogingen ondernomen om de rechten van dieren grondwettelijk vast te leggen. Dit zou in het uiterste geval kunnen betekenen dat de slacht van dieren ooit als moord wordt bestempeld.

Of iets dergelijks in de schoot van de nabije toekomst verborgen ligt, moeten we afwachten. Wel is het plantaardig dieet hard op weg om de nieuwe norm te worden.

Petitie

Met stelligheid kun je nu al zeggen, dat de druk van de publieke opinie groot zal zijn als vleesloze keuzes in jouw eetgelegenheid consequent ontbreken. Het mooiste voorbeeld vind ik wat dit betreft de case van het Britse bakeryconcept Greggs. Greggs bestaat al 80 jaar; met zijn ruim 2000 gemakswinkels is het in Engeland net zo’n iconisch merk als de Hema bij ons.

Wat bij de Hema de rookworst is (inclusief de vegetarische ookworst), is bij Greggs het worstenbroodje. Het worstenbroodje is in heel het Verenigd Koninkrijk een populair to-go product.

Dierenrechtenorganisatie PETA startte een paar jaar geleden een petitie om Greggs te bewegen een vegetarisch worstenbroodje in het assortiment op te nemen. In no-time verzamelde PETA 20.000 handtekeningen. Greggs haastte zich om een worstenbroodje met Quorn-vulling te introduceren. Volgens marketingdeskundigen had de introductie voor Greggs een groot bijkomend voordeel: het bakeryconcept rekende in één keer af met zijn stoffige imago.

Moraal van dit verhaal

Een aantal dingen is wel zeker. De druk om vleesloze gerechten in het assortiment op te nemen, zal alleen maar verder groeien. Omdat vegetarisme en zeker veganisme welhaast uitgegroeid zijn tot een levensstijl en levensopvatting, is zeker niet uit te sluiten dat een rechter ooit zal uitspreken dat het ontbreken van plantaardige alternatieven als discriminatie kan worden uitgelegd.

Bekeken vanuit restaurateurs en foodserviceondernemers is er een groot zakelijk belang om vleesloze (veganistische) gerechten serieus te nemen. Je zorgt ervoor dat elke groep altijd in jouw restaurant terecht kan, zowel de vleeseters als de vleesverlaters in het gezelschap. Bovendien vang je na wat aanpassingen in je keuken en passant de consumenten die halal of kosjer eten.